Wat zegt de wet?
Sinds 2017 bepaalt de wet dat elk bedrijf zijn werknemers gemiddeld 5 dagen opleiding per voltijds equivalent per jaar kan aanbieden.
Dit gemiddelde hoeft niet direct te worden bereikt en kan in de loop der jaren worden verhoogd. Elke werknemer heeft echter recht op 2 dagen opleiding per jaar (1 dag voor bedrijven met minder dan 20 werknemers). In het geval van een deeltijdwerker of een werknemer die in de loop van het jaar bij het bedrijf is komen werken, wordt de berekening gemaakt naar rato van het aantal maanden dienstverband met het bedrijf.
Elke sector dient zelf de opleidingsinspanningen te bepalen door het aantal dagen van de opleiding (dit aantal mag niet lager zijn dan in voorgaande jaren) en de gepaste opleidingen vast te leggen.
Bovendien heeft elk bedrijf de plicht om elke nieuwe werknemer op de hoogte te brengen van het bestaan van een individuele opleidingsrekening. Deze rekening bevat de identiteit van de werknemer, zijn of haar arbeidsstelsel, het bevoegde paritaire comité, het aantal opleidingsdagen waarover de werknemer kan beschikken en het aantal dagen opleiding dat hij of zij in de loop van het jaar heeft gevolgd.