Wanneer je energiereserves uitgeput raken...
In België neemt het aantal burn-outgevallen snel toe. Eind 2017 waren meer dan 140.000 Belgen er het slachtoffer van, een stijging van 39 % op vijf jaar tijd. In 2017 heeft het RIZIV bijna twee miljard euro uitbetaald aan langdurig zieken met mentale problemen, waaronder een burn-out. Maar waarover gaat het hier precies? Bestaan er meerdere types van burn-out? Wat zijn de voortekens? Hoe kunnen we een burn-out voorkomen? Hoe gaan we er binnen tien jaar voor staan? Enkele antwoorden.
Het werkwoord 'to burn-out' betekent letterlijk 'opbranden' als gevolg van een te grote vraag naar energie, kracht of middelen. De herkomst van het woord 'burn-out' is in dat opzicht ook heel interessant. Het gaat om een woord uit de ruimtevaart dat verwijst naar een raket die tijdens het opstijgen zonder brandstof valt, waardoor de motor oververhit kan raken en de raket dus riskeert te ontploffen. Het beeld spreekt boekdelen. De term wordt vandaag vooral in een medische context gebruikt. De definitie ervan luidt: “een vermoeidheid die zich geleidelijk aan manifesteert bij werknemers die gedurende lange tijd gebukt gaan onder stress waarover ze geen controle hebben”. Een burn-out is dan ook het gevolg van chronische stress op het werk die bij de werknemer tot zo’n grote spanning leidt dat hij of zij zich niet meer kan ontspannen. Maar deze staat van vermoeidheid ontstaat niet van vandaag op morgen. Er gaat vaak heel veel tijd overheen (weken, maanden), waardoor het ook logisch is dat het lang duurt om ervan te herstellen. Bij wijze van samenvatting kunnen we een burn-out omschrijven als de depressie van de werknemer.
Verschillende vormen
Burn-out is een complexe ziekte die in meerdere vormen voorkomt. Artsen en psychologen onderscheiden drie categorieën:
- De eerste is burn-out door een te hoge werkdruk. Dit type van werkgerelateerde vermoeidheid ten gevolge van een te hoge werkdruk wordt vaak vastgesteld bij personen die alsmaar harder en meer werken in hun streven naar succes. Ze zijn bereid hun gezondheid en gezinsleven op het spel te zetten om hun ambitie waar te maken. Daardoor gaan ze al klagend en mopperend door het leven.
- De tweede categorie is cynisme. Personen die aan deze vorm van burn-out lijden, voelen geen passie meer en halen geen plezier meer uit hun werk. Ze steken dit niet onder stoelen of banken en nemen afstand van hun werk. Er treedt een soort onverschilligheid op, die soms tot cynisme en het ontlopen van verantwoordelijkheden leidt. In grote lijnen: “Niets is nog van belang” of “Alles is waardeloos, idioot, stom”.
- Ten slotte is er nog werkgerelateerde vermoeidheid. Deze vorm van burn-out doet zich voor wanneer iemand zich onmachtig, ongeschikt of onbekwaam voelt om aan de eisen van zijn of haar werk te voldoen. Deze werknemers zijn vaak passief en gedemotiveerd.
Voortekens
Omdat een burn-out zich traag ontwikkelt, is deze ziekte veel moeilijker op te sporen dan andere. En wanneer ze dan toch wordt vastgesteld, is het vaak te laat. Er zijn verschillende tekens die de hr-afdeling of de medewerker erop kunnen wijzen dat er zich geleidelijk aan een burn-out ontwikkelt. Het belangrijkste voorteken is het gevoel dat je voortdurend met werk wordt overstelpt. Dossiers stapelen zich op, je mailbox puilt uit, vergaderingen volgen elkaar in ijltempo op. Een tweede teken (tegelijk ook een symptoom van depressie) is een aanhoudende vermoeidheid. Ook al heb je goed geslapen, je bent toch niet uitgerust. Je hebt als het ware al je energie opgebruikt en niets lukt er nog. Deze vermoeidheid leidt soms tot een verlies van eetlust of, daarentegen, een overmatig gebruik van vervangmiddelen zoals sigaretten of alcohol. De gevolgen hiervan, die ook voortekens zijn: een totaal gebrek aan lichaamsbeweging, een verlies van zelfachting, emotionele verwijdering en, uiteindelijk, maatschappelijke vervreemding.
Wat zegt de wet?
In België zijn werkgevers verplicht om de psychosociale risico’s (PSR) in hun onderneming te beoordelen en maatregelen te nemen om ze te voorkomen. Ze moeten dus de preventie van PSR’s opnemen in hun preventiebeleid voor beroepsrisico’s. Werkgevers zijn verplicht om in hun onderneming een beleid te voeren dat het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk bevordert. Dit beleid volgt de principes van de risicoanalyse. Op basis van zo'n analyse werkt de werkgever passende preventiemaatregelen uit om de gevaren te elimineren, schade te voorkomen en de negatieve gevolgen te beperken.
Hoe een burn-out voorkomen?
Elke onderneming ontwikkelt haar eigen actieplan om burn-outs te voorkomen. De structuur van dit plan hoeft niet voor elke onderneming dezelfde te zijn. Bovendien verschillen de preventiemaatregelen vaak naargelang de bedrijfssector. Wel bestaan er verschillende manieren om samen beter aan preventie te doen.
- Betrek het personeel bij de preventie. Iedere persoon in de onderneming, van de directie, hr, vakbond, personeel ... moet actief bij de preventie worden betrokken.
- Communicatie (zie onze news #26 over het belang van transparante communicatie) is uiteraard een andere belangrijke factor bij de uitvoering van het actieplan. Geruchten, slechte communicatie ... leiden tot stress en misverstanden, en werken rechtstreeks in op de factoren die een burn-out kunnen veroorzaken.
- Draag zorg voor je medewerkers. Veel hr-afdelingen of directies denken dat een pingpongtafel of gratis koffie volstaan om medewerkers zich goed te laten voelen. Zorg dragen betekent medewerkers helpen een evenwicht te vinden tussen werk en privé, tussen autonomie in hun werk en verplichting.
- Geef iedere medewerker een duidelijke functiebeschrijving. Dat lijkt overbodig, maar heel wat organigrammen zijn onduidelijk of slecht uitgewerkt. Niet weten wat je mag doen of hoever je in je werk mag gaan zonder dat je iets doet wat je achteraf kan worden verweten, is een constante bron van stress en kan tot een burn-out leiden.
Tot slot bestaan er federale initiatieven van de overheid die helpen om de zogenaamde “uitputting van het zichzelf-zijn en het onvermogen om het leven dat je leidt het hoofd te bieden” aan te pakken.