“Laat voeding uw medicijn zijn en uw medicijn uw voeding”, wist Hippocrates
De voorbije tien jaar is voeding uitgegroeid tot een gespreksthema bij veel werknemers en HR-verantwoordelijken. Veel kleine of grote bedrijven bieden hun medewerkers tegenwoordig de mogelijkheid om te ontbijten, te lunchen of zelfs ’s avonds te eten op het werk. Met vanzelfsprekend de nodige aandacht voor de kwaliteit van geselecteerde voedingsmiddelen. Sommige onderzoeken zoals de barometer Ipsos-Edenred 2018 tonen duidelijk aan waaraan HR aandacht moet besteden. Tekst en uitleg.
Weinig mensen beseffen dat de impact van onze voeding meteen voelbaar is in de eerste uren na een maaltijd. Eenvoudig gezegd: de kwaliteit en het soort voedsel dat we op het werk consumeren, bij het ontbijt of de lunch, heeft een invloed op het mentale en op onze fysieke of intellectuele inspanningen tijdens onze dagtaak. In 2015 heeft de Internationale Arbeidsorganisatie hieromtrent het eerste grote internationale onderzoek gepubliceerd. De resultaten zijn treffend. Een te arm dieet, een te rijke voeding op de werkplek of een onaangepaste voeding kan ten koste gaan van de productiviteit van bedrijven. Het onderzoek bevestigt trouwens dat een betere voeding op het werk de nationale productiviteitsgraad gevoelig doet stijgen. Bovendien toont het aan dat sommige voedingspatronen niet alleen zwaarlijvigheid kunnen voorkomen, maar ook en vooral het aantal ziektedagen en arbeidsongevallen kunnen terugdringen.
20 % minder productief
Volgens Amerikaans schrijver en journalist Christopher Wanjek “worden rijke landen geconfronteerd met de buitensporige kosten van chronische ziekten en zwaarlijvigheid. Gerichte acties werken niet. Gezonde voeding aanbieden op het werk is de beste manier om iedereen dagelijks minstens één gezonde maaltijd te laten eten, maar vooral ook om ongevallen en een daling van de productiviteit tegen te gaan”. De Internationale Arbeidsorganisatie doet in haar onderzoek een aantal vaststellingen. Zo vernemen we dat een op de tien mensen last heeft van zwaarlijvigheid of overgewicht. En dat een slecht voedingspatroon de productiviteit met 20 % kan doen dalen. Aan voeding gerelateerde niet-overdraagbare ziekten vertegenwoordigen wereldwijd 46 % van de ziekten en 60 % van de sterfgevallen. Alleen al hart- en vaatziekten wordt 30 % van de wereldbevolking fataal. Bovendien toont het onderzoek aan dat het risico op ziekteverzuim tweemaal hoger is bij zwaarlijvige werknemers dan bij fitte werknemers. Een HR-beleid op het gebied van voeding is dus zeker niet overbodig …
Hoe zit het in België?
In België is er een stijgende vraag naar gezonde en evenwichtige voeding. Dat bedrijven een steeds grotere rol kunnen spelen in het welzijn van hun medewerkers, geniet meer en meer erkenning. Vandaag is een lunchpauze veel meer dan een gewone break in de loop van de dag, we nemen even de tijd om iets gezonds te eten om ons beter te voelen in de loop van de namiddag.
De zevende editie van Food-barometer van Edenred (een enquête van 2018 bij 25.000 werknemers en 1.400 restauranthouders in 8 Europese landen waaronder België) brengt een aantal interessante aspecten aan het licht. 75 % van de Europeanen neemt een pauze om te lunchen (5 % meer dan in 2014), 27 % daarvan luncht vaak aan zijn bureau, 94 % van de Belgen eet regelmatig op de werkplek. Belgen blijven trouwens erg gehecht aan hun zelfgemaakte lunchbox: liefst 57 % neemt een zelfgemaakt gerecht mee naar het werk. In 2013 koos slechts 28 % van de Europeanen een restaurant op basis van gezonde menu’s. Vandaag is dat 43 %. 72 % van de Europese werknemers (+ 43 % sinds 2016) vindt vandaag dat een bedrijf kan bijdragen aan een gezond voedingspatroon en het welzijn van zijn werknemers door diverse maatregelen te nemen.
Wat kunt u als bedrijf concreet doen?
Om te beginnen afstappen van deze aloude overtuiging. “Veel landen en bedrijven houden nog vast aan het naoorlogse credo dat je de ‘troepen moest vetmesten’. Het idee hierachter was dat de werknemer vooral genoeg eten moest krijgen, de kwaliteit kwam op de tweede plaats”, benadrukt de heer Wanjek, die vindt dat er absoluut verandering moet komen.
Dat kan op verschillende manieren:
Sommige landen stippelen een beleid uit om bedrijven zorg te helpen dragen voor de gezondheid van hun medewerkers. Bijvoorbeeld in Oostenrijk, waar 12 % van de bevolking zwaarlijvig was in 2001. In 2005 zijn vakbonden en bedrijven rond de tafel gaan zitten en gestart met het restaurantconcept ‘Lichte, gezonde en eerlijke voeding op het werk’. Dit concept steunde op 3 pijlers: een grootschalige informatiecampagne, demo’s ter plaatse en HR-begeleiding.
Nog concreter is de insteek van Google of Facebook (ook in Europa) die restaurants selecteren volgens welbepaalde criteria (bio, recyclage, …) en de bestellingen van hun medewerkers in die restaurants betalen.
Ook origineel is het initiatief La Ruche qui dit Oui, een Franse start-up. Dit startersbedrijfje installeerde zelf een keuken en elke dag staan werknemers die zich hebben ingeschreven zelf aan het fornuis. Het bedrijf bekostigt de (kwaliteitsvolle bio-)ingrediënten en voorziet in het nodige keukengerei om voor iedereen een maaltijd te bereiden.
Veel is er dus niet nodig om de voedingsgewoonten van medewerkers te veranderen. Enkele tips volstaan. Om te beginnen geen snoep- en/of frisdrankautomaten installeren, maar waterfonteinen en yoghurt- en fruitautomaten. Twee: fruit- en/of groentekorven en natuurlijke vruchtensappen aanbieden. Drie: werknemers een geschikt lokaal ter beschikking stellen om te eten is een aanrader (een refter of een ruimte waar ze kunnen gaan eten). Zo eten ze niet voor hun computerscherm. Ze nemen een pauze en verzetten even de zinnen. Bovendien bevordert dit de contacten tussen de werknemers.